
WHAT’S UP?
Zomer in Amsterdam. Burelen rustig, media rustig, boekhandels helaas ook (‘borsten bloot, handel dood’). Alle tijd voor waar het een uitgever in essentie om te doen is: veel praten met schrijvers en andere relaties.
Met onze huisvormgever Ron van Roon (schepper van ons tijdloze Podium-logo) prikte ik een vorkje in Soho House. Wat zijn zijn plannen voor de komende jaren, wat zijn onze plannen. Hoe gaat het met de boekenwereld, wat gebeurt er zoal. Altijd ook: hoe gaat het met jou, met mij, in liefde, hobby’s, gezondheid.
Een journalist die ik al lang volg en bewonder kwam op uitnodiging langs bij Podium. Eerst spraken we over zijn ervaringen de laatste decennia. Waar en wat zeg ik niet, Der Feind hört immer mit. Toen over een boek. Kort daarop stuurde hij enkele probeersels. Die ga ik gauw lezen. Opwindend.
Ivo van Woerden verrast keurig op tijd met de eerste versie van het boek naar de dagboeken van Paul Haenen. Hebben ze samen in Frankrijk gecomponeerd. Paul en ik kondigden dit bijzondere egodocument al decennia geleden aan. Und jetzt geht’s los (waar komen die Duitse woorden vandaan?).
Een romancier die naar ons wilde overstappen (contract al ter tekening gereed) belt af; een concurrerende uitgever sleepte hem weg voor de poorten van onze hemel. Dan niet. Ook dat hoort erbij.
Kennismakingslunch belegd met Alex Boogers en Josja Zijlstra, directeur Uitgeefhuis Nieuw Amsterdam (waartoe Podium onlangs toetrad). Uitstekende sfeer. Voor beiden een geslaagde verkenning (waarbij hielp dat Josja vurig fan is van Alex’ oeuvre).
Tweede gesprek met een veelbelovend schrijfster. Wat verwacht zij van een uitgever; hoe zien wij haar werk. Het klikt. Afspraken voor vervolg.
Een non-fictie-auteur loopt met een plan rond en toetst onze bereidheid ten behoeve van een subsidieaanvraag een intentieverklaring af te geven. In onderzoek.
Weer een ander terras in de stad. Tv-hoofdredacteur Nico Arends werkt met Jet Steinz en mij het programma uit van de avond in september rond P.S., Jets nu al door velen tegemoet geziene brievenboek. Vandaag de eerste proef van dit boek; het is dikker en rijker dan we dachten, met dik 500 bladzijden.
Etgar Keret mailt. Voor Arte maakte hij een tv-serie die we kunnen vertonen komend voorjaar als zijn nieuwe verhalenbundel verschijnt. Elke zin van Etgar is een verhaal, komisch en altijd licht-absurd, ook in praktische e-mails.
Tijdens een fellowship in Jeruzalem, jaren terug, leerde ik de Amerikaanse top-agent Bonnie Nadell kennen; ze stond onder meer aan de wieg van het schrijverschap van David Foster Wallace (what a claim to fame!), en verkocht ons vertaalrechten op het werk van Rebecca Solnit. Ze bleek internationale mogelijkheden te zien voor Ooit aten we dieren van Roanne van Voorst (net herdruk besteld!), en belegde een videoconferentie met de geïnteresseerde Amerikaanse uitgever en Roanne, in aanloop tot biedingen op de vertaalrechten.
Met Huib Modderkolk een grondig gesprek over de lancering 3 september van zijn boek Het is oorlog maar niemand die het ziet. Dankzij de visie en gouden pen van Joris Luyendijk toonden we de lezer de complexe werkelijkheid van het Midden-Oosten. Dankzij Modderkolk kunnen we nu tonen hoe kwetsbaar we zijn in een digitale wereld (en de door de rechter op verzoek van de AIVD afgedwongen correcties gaan aan de kracht van dit boek niets afdoen).
Vroege koffie met bevriende cabaretier Micha Wertheim; hij speelt met een slim, integer leesbevorderingsplan dat hij bij me toetst op adhesie in boekenvakkringen.
De Maleisische, in Nederland gevestigde topkok Norman Musa en zijn Nederlandse manager bellen me via FaceTime voor verkoopmogelijkheden van zijn bij ons, dankzij een tip van Janneke Vreugdenhil, verschenen prachtboek Magisch Maleisisch.
De Italiaanse agent van Antonio Scurati deelt met ons haar grote vreugde over de toekenning van de prestigieuze Premio Strega aan diens Mussolini-roman M. Vertaler Jan van der Haar speelt het klaar ons zijn vertaling van deze kloeke roman deze week al in te leveren, zodat we ruim op tijd zijn voor verschijning in november (waarmee we internationaal het spits afbijten).
Kunststof wil graag de nu bijna 80-jarige Breyten Breytenbach in het programma als hij eind september hier is voor optreden op het ILFU, en vraagt of Breyten Nederlands spreekt. Breyten antwoordt me met e-mails die alleen hij kan schrijven, en geestig genoeg zijn om voortdurend in de lach te schieten.
Oh en er komen ‘vooruit-exemplaren’ binnen van het prachtige, verstilde nieuwe boek van Jannah Loontjens. Trots app ik haar foto’s van haar boek (fraai gebonden) – vanuit New York reageert ze met verrukte emoticons.
Oh ja, en er is iemand die graag verder praat over een biografie van Renate Dorrestein. En we staan ontroerd rond de eerste pagina’s van een woordloze graphic novel over een jongen in een vluchtelingenkamp die zijn spraak verloor.
Oh ja en… en…
Wat een mooi vak, hartje zomer!