Maîtresse

De zaal van het middelgrote theater Royal Court (Sloan Square, Londen) is stampvol. ‘Het is hier packed met beroemdheden,’ fluistert Hannah Westland, de jonge uitgeefster van Serpent’s Tail. Ik herken niemand, behalve, en dan nog geholpen door een bezoeker, Gary Lineker (1960), de grote voetballer, die gepijnigd kijkt, alsof hij er alleen rondhangt om zijn vriendin culturele affiniteit te bewijzen.

Dan voltrekt zich, op het podium, een negentig minuten durende dialoog tussen man en vrouw, op het scherp van de snede.

Abi Morgan, onder meer bekend vanwege haar scripts voor The Iron Lady en Shame, is niet alleen de nieuwe directeur van dit heerlijke theater maar ook scenarist van het toneelstuk waarvan we de première beleven. Ze baseerde zich op het opzienbarende, pas vorig jaar gepubliceerde geschrift The Mistress Contract van ‘She and He’, het pseudoniem van een Amerikaans stel van inmiddels 88 en 93.

Zo, na al deze informatie mag u even uitrusten. Net als ik met mijn vriendin hier in Royal Court, dat we vanwege metrostakingen nipt op tijd bereikten.

My feminism is boring you,’ zegt ‘She’, verwoed zuigend aan een sigaret, waarvan de kruidnageldamp tot ons balkon opkringelt.

I haven’t seen very many comedies about it,’ zegt ‘He’ droog. Een lachsalvo klinkt op.

In mijn schoot ligt de Nederlandse vertaling, Het maîtressecontract, dat ik meebracht voor Hannah, van wie ik de vertaalrechten kocht. De dialoog in dit ‘memoir’ is minder op de lach geschreven, minder vechtlustig ook, dan het toneelscript. Begrijpelijk, want hoe kun je anderhalf uur drama destilleren uit wat nooit als drama bedoeld is.

Ik leg u uit wat dit boek behelst, want het is een ongewoon document, en ik wil graag dat velen in Nederland er plezier aan gaan beleven.

Californië, jaren zeventig. Zij en hij hebben elkaar sinds hun studietijd niet meer gezien. Meteen bloeit er weer liefde op. Maar beiden hebben inmiddels een gezin. Wat nu? Ze krijgt een idee. Na haar scheiding tikt ze een contract en stuurt het hem op. Hij accepteert de overeenkomst direct, tot haar niet geringe verbazing. Vanaf dat moment houden ze zich eraan. Hij geeft haar een huis en een inkomen, in ruil waarvoor zij hem ‘all sexual acts’ biedt die hij van haar vraagt.

Bijzonder is niet die deal als zodanig, in feite een variant op ‘het oudste beroep van de wereld’. Wat dit contract bijzonder maakt, is háár beslissing dit voor te stellen: ‘She’ is een feministe, met scherpe veroordeling van allerlei vormen van laakbaar mannengedrag. De laatste dus van wie je zou verwachten dat ze zich tegen betaling als lustobject zou aanbieden. Maar ‘She’ zag het contract behalve als een manier om materiële zekerheid te verwerven, als een experiment. Ze nam veel van hun gesprekken op met een cassetterecorder. Openhartige, soms pittige discussies over machtsverhoudingen tussen man en vrouw, sekseverschillen, polygamie, et cetera.

De tapes werden later uitgetikt en vormen dit document, dat interessante stof tot nadenken en discussiëren biedt, misschien júíst wel voor nieuwe generaties mannen en vrouwen, het post-feminisme voorop (is het niet ultieme ‘zelfbeschikking’ voor vrouwen hun lichaam te gebruiken en laten gebruiken zoals zij dat verkiezen?).

In de bar van het theater praten we na. ‘Wat dit voor een scriptwriter moeilijk maakt,’ zegt vriendin, ‘is dat zich in hun memoir eigenlijk geen conflict voordoet.’

Daar heeft ze gelijk in; gedurende hun lange leven doen She & He alleen maar wat ze met elkaar afspraken, zonder noemenswaardige romantische ontknopingen of doodslag.

Daaronder echter, in die eindeloze en intelligente conversaties, broeit alles wat in elke man-vrouwrelatie broeit. Misschien wel het oudste conflict van de wereld.

In het vliegtuig herlees ik het boek.

Zij: Voor het boek dat we schrijven hebben we het tot nu toe te vaak over seks gehad.

Hij: Ik dacht dat het alleen maar daarover zou gaan.

Zij: We zouden het over vriendschap tussen mannen en vrouwen hebben.

Hij: Bestaat er dan een ander soort vriendschap?

Zij: Zie je wel, daar ga je weer.


Bij aankomst op Schiphol weet ik het zeker: dit moet ook in Nederland op de planken.