Hello Everybody
Met redacteur Harminke Medendorp vloog ik naar Londen om wat kruipolie te spuiten in de leidingen van ons Engelse netwerk. Eigenlijk was er een dubbele aanleiding voor dit zomerse zakenreisje: Joris Luyendijk’s evergreen Het zijn net mensen is daar zojuist onder de montere titel Hello Everybody! verschenen bij de succesvolle non-fictieuitgeverij Profile. Dankzij de onvermoeibare zendingsdrang van het Productie- en Vertalingenfonds – tegenwoordig een pijler van het Nederlands Letterenfonds – vond een presentatie plaats in het Free Word Centre, gehuisvest in een van de gebouwen waar decennialang The Guardian kantoor hield.
Tot zover de feiten.
Joris werd geïnterviewd door een bekende Engelse journalist, die in zijn vraagstelling (net als de Nederlandse journalisten destijds) afwerend en soms een tikje verongelijkt reageerde op Luyendijks kanttekeningen bij het functioneren van de media.
Toch is het natuurlijk een kleine triomf dat Joris’ denkbeelden nu ook over de landsgrenzen aftrek vinden. Aanvankelijk konden we er Engelse uitgevers moeilijk van overtuigen dat dit boek van een voormalige Midden-Oostencorrespondent uit Nederland wel eens iets zou kunnen toevoegen aan de tsunami aan boeken van Britse correspondenten. Ik was er bijna in gaan geloven, de gedachte dat in Engeland alles al eerder en beter gedaan is. Het gras bij de buren lijkt natuurlijk altijd groener en wie zijn wij nou, schrijvers en uitgevers in dat kleine landje aan de overzijde van het Kanaal? Lopen wij niet altijd vele jaren achter bij de ontwikkelingen in het Verenigd Koninkrijk?
Dat die achterstand eigenlijk nauwelijks bestaat, bleek ons ook de volgende dag in gesprekken met toonaangevende Engelse uitgevers en literaire agenten. We zaten verwachtingsvol klaar voor Geheimtips inzake al dat grote nieuwe Angelsaksische schrijftalent – maar sommige vakbroeders verklaarden al maanden geen hot manuscript meer in handen te hebben gehad. Misschien ook daarom besteedden we relatief veel gesprekstijd aan dat prangende, hoogst actuele thema van het digitale lezen. Daar zouden onze Britse vrienden ongetwijfeld een stap verder in zijn! Maar ook daarin bleken we in ervaring en kennisontwikkeling niet zo te verschillen. Net als wij in het Nederlandse boekenvak, hoor je in Londen de meest uiteenlopende voorspellingen omtrent het e-book. Met e-books en varianten als vindingrijke Apps wordt schoorvoetend geëxperimenteerd. Sommigen lijken mentaal al afscheid te nemen van dat schattige verouderde papieren product, maar anderen (en daaronder weer niet de minsten) zijn als de dood dat een te snelle overgang tot ernstige financiële problemen kan leiden bij alle schakels in het boekenvak, van schrijver en agent tot uitgever en boekwinkel.
Je hoopt altijd bij een groot buurland een antwoord te vinden; daar heb je immers grote broers voor! Dat ook zij vooral met vragen rondlopen, geeft je als klein broertje toch het geruststellende idee dat je desnoods al helemaal zelf, zonder begeleiding, de straat kunt oversteken.